Uit het boek Van de Tering en de Nering van Stef de Ridder:
Behalve De Munnik waren er nog meer waterstokers in Overschie. Zoetewei in de Emmastraat, Kees van Hal in de Willem de Zwijgerstraat, Hans Prein (zie nummer 14918) in de Burgemeester Bosstraat en Koppens in de Dorpsstraat.
Hier links de winkel van Gruis, waar later Koppens zijn waterstokerij begon. Hij verkocht ook kruidenierswaren en de kinderen konden bij hem voor 'een cent kopen'. De waterstokers moesten het na 1945 over een andere boeg gooien door de afnemende vraag naar water. De meesten schakelden over op wasmiddelen en kruidenierswaren. Koppens deed het anders, hij begon een dump winkel van legergoederen en werd depot van een stomerij.
In de tijd van Gruis had nog vrijwel niemand een telefoon en telefooncellen waren er evenmin. Wel waren er publieke telefoons, vaak in een winkel, waar iedereen kon gaan opbellen. In de winkel naast Koppens was zo'n publieke telefoon. Er hing een bord, boven het hoofd van de jongen die op de rijweg staat, met de tekst: 'Publieke telefoon'. Maar men was toen niet zo bellerig als nu, alleen in zeer dringende gevallen belde men op.
Titel | Waterstokers en openbare telefoon |
---|---|
Locatie | Overschiese Dorpsstraat |
Jaar | ± 1915 |
Collectie ID | 14169 |